dinsdag 14 april 2020

40. een vrouwenberoep (2)

40
D E    E M M A S T R A A T    F I L E S 

opkomst en ondergang van de RKOLB





40. een vrouwenberoep (2)


seksescheiding

Uit het voorgaande (zie met name aflevering 39) is gebleken dat een eeuw terug een specifiek beroep óf geschikt werd gevonden voor mannen, óf voor vrouwen. Mannen en vrouwen hadden immers duidelijk van elkaar te onderscheiden kwaliteiten. Als gevolg hiervan bestond er een scherpe seksescheiding op de werkvloer.  
Hoe zat dat met bibliotheken? Aanvankelijk werkten daar vrijwel louter mannen, maar dat zou in twintig jaar tijd sterk gaan veranderen. De eerste decennia van de 20e eeuw werd met name het openbare bibliotheekwerk geleidelijk de kant van vrouwenwerk op geframed, totdat niemand meer beter wist.

goocheltruc

Toen de RKOLB in 1930 van start ging, kwamen er dan ook louter vrouwen te werken. Op het Bestuur na uiteraard, u begrijpt inmiddels waarom. Ook in het vaktijdschrift Bibliotheekleven zien we tussen de lijsten van afgestudeerden geen enkele man staan. 
Dat framen leek wel een goocheltruc. De basis van die truc was dat er allerlei typisch vrouwelijke eigenschappen zouden bestaan die maakten dat vrouwen gewoon geknipt waren voor werken in de bieb.

Vrouwelijke eigenschappen die in de jaren '10 en '20 in dit verband werden genoemd: zin voor orde, netheid, tact, bescheidenheid, een mooi handschrift, een goed geheugen, nauwkeurigheid, geduld, empathie, beleefdheid, een prettig humeur, oog hebben voor detail, in staat zijn om monotoon werk te verrichten zonder in slaap te vallen. Dat laatste was beslist een belangrijke kwaliteit om een kaartcatalogussysteem op orde te kunnen houden. Alleen vrouwen konden dit.


De vrouw, de vrouwenbeweging en het vrouwenvraagstuk, 1918 (foto: boekwinkeltjes.nl)
Het strekte als vanzelf tot een voordeel voor vrouwen dat zij een aangeboren neiging tot verzorging hadden. Als men de leeszalen binnentreedt, kunnen we lezen in het tweedelige handboek De vrouw, de vrouwenbeweging en het vrouwenvraagstuk uit 1914-1918, merkt men alras aan de vriendelijke omgeving, dat een vrouwenhand den scepter zwaait: de meubels goed schoongemaakt, de lokalen frisch geventileerd, de tafels met bloemen getooid en de wanden met platen versierd, het alles verraadt de vrouwelijke zorgen. 

Nee, daar moet je tegenwoordig niet meer mee aankomen, met dat verhaal over vrouwelijke zorgen. Maar het ging nog verder: aangezien een bibliothecaresse een ongetrouwd wezen was, kon zij in haar werk tóch haar moederlijke ei kwijt, en, zo was de opvatting, nog het meest in de omgang met kinderen.


ondergeschoffeld

Het hoeft geen betoog dat daarentegen het hogere bibliotheekwerk niet voor vrouwen was weggelegd. Leiding geven en dingen organiseren paste toch meer bij het wezen van de man. Ook op intellectueel gebied schoot de vrouw tekort. Om over politiek nog maar te zwijgen: alleen een man kon genoeg autoriteit hebben om er bijvoorbeeld in onderhandelingen met de Gemeente niet te worden ondergeschoffeld.
Bovenstaande uitspraken werden opgetekend uit de monden van onder andere E.J. van Beresteyn en P.A.L. Snouck Hurgronje. Beiden vooruitstrevende lieden. Een tijdsbeeld, dus.


P.A.L. ("Nel") Snouck Hurgronje (1875-1959)


E ("Eeltjo") Beresteyn (1876-1948)
shredder

Er klonken - gelukkig, zouden we nu stiekem zeggen - ook dissidente geluiden. De nog zeer jonge Leo van Baer, bibliothecaresse in Den Bosch en later directrice, schreef in Bibliotheekleven van 1930 een stuk getiteld Het leeszaalwerk... een specifiek vrouwelijk beroep?
Dat briljante retorische vraagteken zet die titel geheel op losse schroeven. En inderdaad, de visie dat vrouwen door hun aard zo perfect geschikt waren voor bibliotheekwerk, ging in vijf pagina's meedogenloos door de shredder. Zo constateert Van Baer dat beroepen als dienstmeisje, huishoudster, naaister én bibliothecaresse vanwege hun verzorgende karakter als typisch vrouwelijk worden gezien. Maar waarom dan niet het beroep van kok en dat van de damestailleur: waarom zijn dat dan weer beroepen die door mannen worden uitgeoefend?


de incomplete vrouw

Leo gaat pas echt los als ze het breed gedragen standpunt ter sprake brengt dat een ongetrouwde en dus incomplete vrouw haar behoefte aan moederschap zo goed kwijt zou kunnen in dat vrouwelijke beroep:


Leo van Baer: Het leeszaalwerk... een typisch vrouwelijk beroep? 1930 (Delpher)
en:


Leo van Baer: Het leeszaalwerk... een typisch vrouwelijk beroep? 1930 (Delpher)
De discussie over de vraag in hoeverre bibliotheekwerk typisch vrouwenwerk is, blijkt in de praktijk onlosmakelijk verbonden met de vraag over wat de juiste salariëring is. Ook hier gaat Van Baer recht op haar doel af:


Leo van Baer: Het leeszaalwerk... een typisch vrouwelijk beroep? 1930 (Delpher)
En dus:


Leo van Baer: Het leeszaalwerk... een typisch vrouwelijk beroep? 1930 (Delpher)
Een man werkte immers om zijn gezin te onderhouden, terwijl het werk van een vrouw op zijn best werd beschouwd als een bijverdienste. Of in ieder geval had zij in haar ongetrouwde situatie geen behoefte aan een volledig salaris. Wat tevens de reden was dat zij ook nog eens minder voor hetzelfde soort werk werd betaald als een man.
Het is hier goed om je te realiseren dat het de ongeschreven regel was dat een vrouw die trouwde, haar baan opgaf.
De kip - ei-kwestie: gingen er alleen vrouwen in de OLB werken omdat het zo beroerd betaalde, of betaalde het zo beroerd omdat er alleen maar vrouwen werkten?

Mocht iemand nog hebben gedacht dat vrouwen niet logisch konden denken, dan zal Leo's  conclusie daar wellicht verandering in hebben gebracht:

Leo van Baer: Het leeszaalwerk... een typisch vrouwelijk beroep? 1930 (Delpher)
Is het niet ironisch dat drie jaar voordat Leo bovenstaande woorden schreef, deze heldere geest nog was geroemd om haar typisch vrouwelijk geachte kwaliteiten, te weten nauwkeurigheid en ijver?


uit Handelingen... Kunst en Wetenschappen in Noord-Brabant, 1929 (Delpher)


vuilnisman

P.V. de Wit (foto: Librariana)



Tot slot een kort stuk van P.V. de Wit, eveneens in een nummer van Bibliotheekblad 1930, dat dezelfde geest ademt. De Wit was op dat moment directeur van de OLB Haarlem-Blaricum. Een geweldig uitnodigende kop pakt de lezer bij de lurven: Van een O.L.B-assistente en een vuilnisman


Die argeloze lezer denkt misschien eerst dat hij het verkeerde tijdschrift heeft gepakt: het artikel begint met een uitwijding over de boosheid van een Gemeenteraadslid van Laren over het lage salaris van een vuilnisman. Heel slim haakt De Wit, zelf Larenaar, hier vervolgens op in: moet je je daar over opwinden? Bibliotheekpersoneel verdient nog niet de helft van wat een vuilnisman verdient, weet je dat wel! Het feit dat er aan werken in de bibliotheek ook nog een vakopleiding van minstens twee jaar vooraf is gegaan,maakt het nóg schrijnender, aldus De Wit.

En passant trekt hij een conclusie die nog verdere nuance geeft aan het betoog van Leo van Baer:


Van een O.L.B.-assistente en een vuilnisman, 1930 (Delpher)

De volgende keer gaan we proberen om een schriftelijk verzoek aan het bestuur van de RKOLB te duiden.


Ook voor deze aflevering is het artikel Juffrouw bits : Denkbeelden in Nederland over de (on)geschiktheid van vrouwen voor het bibliotheekberoep: 1900-1940, van Marjolein Nieboer, bijzonder nuttig geweest. Het stond in het tijdschrift Open, 1993-9.



=O=O=O=O=O=O=O=O=O=O=O=O=


Stijn Fens in Trouw over De Emmastraat Files:

"Prachtige geschiedschrijving. Achteruitdenken en voorzichtig omwoelen tot je meer weet."

Lees Stijns hele tot nadenken stemmende column, over het belang van de tijd nemen voor dingen, hier.

Artikel van Wim Keizer in Bibliotheekblad over De Emmastraat Files:

hier (pdf).

extra service:

Wilt u nieuwe afleveringen voortaan per mail ontvangen? Dat kan heel simpel. Zet in het vak bijna helemaal bovenaan deze pagina, waar nu Email address... staat, uw emailadres.
Staat dat vak er niet? Doe het dan even op een pc/laptop. Op sommige telefoons valt het weg.

Druk nu op de knop Submit rechts, en bevestig het bevestigingsmailtje wat er vervolgens in uw mailbox valt. Dat is alles!



Volgende keer: 41. Zeer Geacht Bestuur. Hier.
Vorige keer: 39. Een vrouwenberoep (1). Hier.