53
D E E M M A S T R A A T F I L E S
opkomst en ondergang van de RKOLB
raakvlakken
Een tijdje terug hadden we al ontdekt dat Bep Damen, zesendertig jaar lang directrice van de RKOLB en zelf dochter van een huisarts op de Prinsengracht, stamt uit een oude Amsterdamse familie van varkensslachters .
Maar er zijn nog meer raakvlakken van onze RKOLB met het slagersvak. Aan de kop van de Kinkerstraat op nummer 18 had je sinds 1910 de katholieke slagerij van Bannenberg. Hein Bannenberg om precies te zijn, begonnen als varkensslager, later "gewoon" slager.
Het vijfde kind dat Hein verwekte (en hij was nog niet op de helft, nog lang niet) heette ook Hein. Die werd geboren in 1920. Laat het nu uitgerekend deze zoon zijn geweest die later de zaak van zijn vader overnam.
slager Hein Bannenberg jr. in 1975 (foto: Michel Bodt) |
de slager-filosoof
Hein junior was behalve slager ook filosoof, of beter: hij was behalve filosoof ook slager. Een filosoof kan niet leven van nadenken; hij zal er altijd iets naast moeten doen om brood op de plank te krijgen. Ik denk dat het slagersberoep dan niet slecht gekozen is. Het vlees balanceert de geest. Of zoals de wijze man zegt: Zorg dat je niet wegzweeft. Doe iets met je handen.
kunstproject
Maar deze opgewekte slager-filosoof had ook een groot gevoel voor kunst. In 1975 werd Hein benaderd door de kunstenares Mary Schoonheyt. Zij stelde hem voor om zijn gortdroge vleesetalage tijdelijk ter beschikking te stellen voor een kunstproject. Het plan was dat twaalf deelnemers om de beurt die etalage mochten inrichten. Steeds na twee weken was de volgende aan de beurt.
Na enige aarzeling pakte de kunstminnaar in Hein de handschoen op. Mary nam zelf de eerste ronde voor haar rekening. Op het raam schilderde ze de tekst De vele gezichten van Hein Bannenberg. In de etalage beende ze de slager uit aan de hand van allerlei voorwerpen die verschillende facetten van zijn leven weergaven: een kerkboek, een Indiaas boek, een zwembroek, een gedicht van de katholieke rebel Huub Oosterhuis, een sigaar, een schrift met een pen.
Na enige aarzeling pakte de kunstminnaar in Hein de handschoen op. Mary nam zelf de eerste ronde voor haar rekening. Op het raam schilderde ze de tekst De vele gezichten van Hein Bannenberg. In de etalage beende ze de slager uit aan de hand van allerlei voorwerpen die verschillende facetten van zijn leven weergaven: een kerkboek, een Indiaas boek, een zwembroek, een gedicht van de katholieke rebel Huub Oosterhuis, een sigaar, een schrift met een pen.
De vele gezichten van Hein Bannenberg, tekst op winkelruit, 1975 (wil de fotograaf zich melden?) |
uit het Parool, 29 maart 1975 (Delpher) |
Joep Bannenberg
Minstens twee van Heins acht kinderen deden ook mee aan de prijsvraag. Een van hen was Joep. Deze jongen had op zijn school, het Ignatiuscollege, al enige aandacht op zich gevestigd door in de lessen te verschijnen met allerlei alternatieve schooltassen. Een emmer was daarvan nog niet eens de meest in het oog springende. We kunnen er dus wel op vertrouwen dat in Joep, amper achttien jaar oud, een aangenaam ontregelend creatief talent aan het ontwaken was. Helaas is het enige dat er van zijn etalage is overgeleverd dit korte rijm:
Onze nationale trots,
Bannenbergse worst.
Heden vlees
De etalage die zonder twijfel de meeste belangstelling trok, was die van de acteur en toneelspeler (en later acteur) Hans Dagelet en zijn vriend Robbie Funcke. Net als slager Hein waren ook Hans en Rob van katholieken huize. Nee, dat was geen toeval, immers is niets toeval in de katholieke kosmos: katholieken neigen tot onderlinge verkleving, heel katholiek Amsterdam was aan elkaar verkleefd.
Hans en Robbie toverden Bannenbergs etalage om tot een strandje, plantten een parasol, pakten een paar biertjes, en gingen daar iedere middag vanaf 4 uur lekker in hun zwembroek in twee strandstoelen zitten, onder een bord met de tekst HEDEN VLEES, DAMES. Ja, dat kon toen nog. Het idee voor deze etalage was Hans op het laatste moment spontaan ingevlogen; aanvankelijk had hij een zeer middelmatig plan met tinnen soldaatjes. Genialiteit is grillig, komt uit het niets, en dan meteen met reuzensprongen.
Hans en Robbie in de etalage van Bannenberg, foto: Parool van 10 juli 1975 (Delpher) |
Een collega-winkelier zag het aan, schudde het hoofd, en mompelde: "Hein, dit kan niet, zo gaat je zaak naar de haaien."
Vast staat dat met name deze inzending Hein klanten heeft gekost, en vermoedelijk niet alleen katholieke. Maar net als bij de magische worst in het gelijknamige sprookje: wat er aan de ene kant afging, groeide er aan de andere kant weer aan. Met name veel vrouwen konden deze etalage-invulling wel waarderen. Zij maakten zelfs seksistische vleesgerelateerde opmerkingen die niet geschikt zijn voor dit blog. Heins etalage haalde de krant. Dat zal ongetwijfeld nog meer klandizie hebben opgeleverd.
Hans en Robbie wonnen de Zilveren Worst met hun performance.
slagersblog
Wacht even heer Leaks, allemaal reuze interessant, maar hoort dit niet in uw slagersblog thuis? Haalt u de boel niet door elkaar?
Toch niet, beste lezer. Let maar op. We springen een paar decennia terug. De jonge Hein Bannenberg, die uit 1920, had een zus en die heette Dora, maar iedereen noemde haar Dop. Deze zus volgde pal voor de oorlog de assistentenopleiding tot bibliothecaresse. Ze liep stage aan de Herengracht, inderdaad in de hoofdvestiging van de RKOLB. Dat was goed getimed, want hieraan is het te danken dat ze op de legendarische foto van The A-Team uit '39 staat. Haar gezicht kenden we al door en door, we hadden er alleen nog geen naam bij.
The A-Team, 1939, Herengracht (EF) |
Dop Bannenberg staat hier helemaal links achteraan weg te dromen over Venezuela; we zullen zo zien waarom niet over Frankrijk of China of Brazilië. Pas onlangs heeft een nicht haar kunnen identificeren. Na Bep Damen en Maria Coebergh is ze nummer drie van The A-Team waarvan we nu de naam hebben.
Dora of "Dop" Bannenberg |
Maar ook de naam Bannenberg waren we al eens tegengekomen. Zij was een van de ondertekenaars van de vermetele brief die een aantal bibliothecaressen in '41 aan het Bestuur stuurden. Dappere Dop die zonder vast contract een dergelijke brief durfde te ondertekenen.
een familielunch
In 1943, midden in de oorlog, ze had allang haar assistentsdiploma ingelijst aan de muur hangen, kwam Dop eindelijk in vaste dienst op filiaal Emmastraat, ondanks die brief uit '41. Daar ging ze Bep Jansen vervangen, die op haar beurt doorschoof naar filiaal Paulus in de Trompstraat, om daar hoofd te worden.
In dat jaar trad ook Trees Oomen bij de RKOLB in dienst als volontair - we waren haar naam nog niet eerder tegengekomen, dus het ligt dus niet aan uw geheugen.
In dat jaar trad ook Trees Oomen bij de RKOLB in dienst als volontair - we waren haar naam nog niet eerder tegengekomen, dus het ligt dus niet aan uw geheugen.
Kennelijk konden Trees en Dop het goed met elkaar vinden, want niet lang daarna nodigde Dop Trees uit voor een familielunch bij haar familie, in de ruimte pal boven de slager in de Kinkerstraat.
Er viel ook wel wat te vieren: Dop was verloofd en haar verloofde, Ben van Balen, had zijn koffers gepakt om te emigreren naar Venezuela, wat in die tijd ook wel het Land van Beloften werd genoemd.
Er viel ook wel wat te vieren: Dop was verloofd en haar verloofde, Ben van Balen, had zijn koffers gepakt om te emigreren naar Venezuela, wat in die tijd ook wel het Land van Beloften werd genoemd.
de Obrechtkerk
Over de chronologie van het vervolg hangt nog een mistwolk. Maar vast staat dat het stel trouwde in februari 1946. En over verkleving gesproken, maar deze gebeurtenis vond plaats in, of all places, de Obrechtkerk, zo'n beetje de plek waar dit blog ruim een jaar geleden begon. En misschien is het een aardig detail, maar de Obrecht gold als een vooruitstrevende kerk.
Dop Bannenberg nam uiteraard ontslag. In het Jaarverslag 1946 vinden we hierover een opvallend regeltje terug:
.... een ambitieuse, zeer goede werkkracht ging... voor ons verloren.
Wat is daar dan zo opvallend aan? Nou, dit. Doorgaans waren de auteurs van de Jaarverslagen niet scheutig met loftuitingen over personeel dat de zaak verliet. Met veel moeite kon er soms nog uit worden geperst dat een werkkracht vlijtig en nauwkeurig was geweest; precies de kwalificaties waaraan Catharine van Tussenbroek en andere feministes van het eerste uur zo'n hekel hadden, omdat ze immer aan vrouwen toegeschreven werden. Het stempel ambitieus, doorgaans gereserveerd voor mannen, suggereert daarom dat de RKOLB aan Dop een heel goeie moeten hebben verloren.
Daarna vertrok eerst Ben naar Venezuela, om precies te zijn naar de havenstad Maracaibo. Dop reisde er later pas achteraan. Wat een feest zal het voor beiden zijn geweest om elkaar te omhelzen na zo lang van elkaar gescheiden te zijn geweest, daar in de haven in het verre Venezuela. Ze waren amper de pier af of Lucas, het eerste kind, was al verwekt.
Dit stel trouwde in 1947, waarmee de RKOLB ook Trees kwijtraakte. Een andere volontair bij de RKOLB, Mien Hoffscholte, zou later nog peettante worden van een van hun kinderen.
Hein, de slager met het grote kunsthart, overleed veel te jong in 1978. Hij werd begraven vanuit de progressieve katholieke Dominicuskerk, die hij op zondagen zeer regelmatig had bezocht - sommigen zullen zich deze knappe man nog lang hebben herinnerd aan de opvallende Noorse truien en vesten die hij droeg, vooral goed zichtbaar wanneer hij na de dienst achterin de kerk nog wat stond na te praten.
Noorse truien
Hein, de slager met het grote kunsthart, overleed veel te jong in 1978. Hij werd begraven vanuit de progressieve katholieke Dominicuskerk, die hij op zondagen zeer regelmatig had bezocht - sommigen zullen zich deze knappe man nog lang hebben herinnerd aan de opvallende Noorse truien en vesten die hij droeg, vooral goed zichtbaar wanneer hij na de dienst achterin de kerk nog wat stond na te praten.
En Dop? Zij keerde op een dag terug naar Nederland nadat Ben was overleden, woonde in Rotterdam, en overleefde haar broer een kwart eeuw.
Kinkerstraat 18, heden (eigen foto) |
Met dank aan Fransje Bannenberg, die me heeft verteld over haar moeder Trees Oomen, haar tante Dop Bannenberg, en haar peettante Mien Hoffscholte. Deze drie vrouwen werkten vanaf 1943 alle drie korte tijd tegelijk in de RKOLB.
=O=O=O=O=O=O=O=O=O=O=O=O=
Lees ook mijn artikel over de geschiedenis van de RKOLB in het juninummer van Ons Amsterdam.
Stijn Fens in Trouw over De Emmastraat Files:
"Prachtige geschiedschrijving. Achteruitdenken en voorzichtig omwoelen tot je meer weet."
Lees Stijns hele tot nadenken stemmende column, over het belang van de tijd nemen voor dingen, hier.
Artikel van Wim Keizer in Bibliotheekblad over De Emmastraat Files:
hier (pdf).
extra service:
Wilt u nieuwe afleveringen voortaan per mail ontvangen? Dat kan heel simpel. Zet in het vak bijna helemaal bovenaan deze pagina, waar nu Email address... staat, uw emailadres.
Staat dat vak er niet? Doe het dan even op een pc/laptop. Op sommige telefoons valt het weg.
Druk nu op de knop Submit rechts, en bevestig het bevestigingsmailtje wat er vervolgens in uw mailbox valt. Dat is alles!
Volgende keer: 54. Oorlog. Hier.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten